Bouwen na 1 januari 2024: Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging

De bouwregels zijn veranderd. Vanaf nu gelden namelijk de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb). De Omgevingswet knipt de vergunningsplicht op in 2 activiteiten:

Het ruimtelijke bouwen

Ruimtelijk bouwen (bouwactiviteit omgevingsplan) gaat over of u op een bepaalde plek mag bouwen en waarvoor u het bouwwerk wilt gebruiken.

Het technische bouwen

Technisch bouwen (bouwactiviteit technisch) gaat over of uw bouwplan voldoet aan de bouwtechnische voorschriften.

Voor ruimtelijk bouwen is vaak een omgevingsvergunning nodig. De gemeente toetst uw bouwplan aan het Omgevingsplan. Het Omgevingsplan is in te zien via het digitale Omgevingsloket.    

In het Omgevingsplan staan bijvoorbeeld regels over het gebruik en het uiterlijk van het bouwwerk (alle bestaande bestemmingsplannen en redelijke eisen van welstand worden opgenomen in het Omgevingsplan).

U krijgt binnen 8 weken een beslissing op uw aanvraag. Deze beslissing wordt genomen door het college van burgemeester en wethouders.
Er zijn kosten verbonden aan het indienen van een aanvraag.

Sommige bouwwerken mogen zonder omgevingsvergunning worden gebouwd. Welke bouwwerken dat zijn staat in het Besluit bouwwerken leefomgeving en het Omgevingsplan. Ook al is uw bouwplan vergunningsvrij, u moet wel voldoen aan de algemene regels in het Omgevingsplan.

Via het digitale Omgevingsloket controleert u of u een omgevingsvergunning nodig hebt of vergunningvrij mag bouwen.
Naast de regels voor ruimtelijk bouwen moet uw bouwwerk ook voldoen aan de regels over technisch bouwen.

Voor technisch bouwen moet u een omgevingsvergunning hebben of een melding indienen.

De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) geldt. Deze wet verdeelt bouwwerken in verschillende groepen. Deze groepen noemen we gevolgklassen. De Wkb kent vier gevolgklassen (groepen) voor bouwwerken (gevolgklasse 0 t/m 4). De gevolgklasse zegt iets over hoe risicovol een bouwwerk is. De gevolgklasse waar uw bouwwerk in valt, bepaalt welke regels gelden.

Een aantal kleine bouwwerken is vergunningsvrij. Deze kleine bouwwerken vallen onder de gevolgklasse 0. Dit zijn bijvoorbeeld dakkapellen, dakramen of kozijnen. Deze kleine bouwwerken moeten wel voldoen aan de wettelijke bouwtechnische regels.

Het doel van de Wkb is een verbetering van de bouwkwaliteit. Nu controleert de gemeente of een bouwplan aan de regels voldoet. Na invoering van de Wkb moeten initiatiefnemers een onafhankelijke kwaliteitsborger inhuren om deze controle uit te voeren. Een kwaliteitsborger is een onafhankelijke partij die de kwaliteit van een bouwwerk controleert. Het inhuren van een kwaliteitsborger is verplicht.

Dit geldt voor nieuwe bouwwerken in de zogenoemde gevolgklasse 1. Vanaf 1 januari 2025 moet u ook voor verbouwingen van bouwwerken in gevolgklasse 1 een kwaliteitsborger inschakelen.

Voor het bouwen van bouwwerken in gevolgklasse 1 moet u een melding indienen.

Onder deze gevolgklasse vallen:

  • Woningen
    Vrijstaande woningen, twee-onder-een-kapwoningen en rijwoningen, inclusief garages, aangebouwde schuren, kantoren aan huis, enzovoorts. Belangrijk is dat de woning op de grond staat.  Appartementen horen hier dus niet bij en bovenwoningen boven een winkel bijvoorbeeld ook niet.
  • Vakantieverblijven, vakantiebungalows en vakantiehuisjes
    Ook hier tellen appartementen niet mee.
  • Woonboten en schepen
  • Fabriekspanden of bedrijfshallen die uit maximaal 2 verdiepingen bestaan 
    Denk aan opslaglocaties, productiehallen, magazijnen of kassen. Kantoren en winkelpanden horen hier niet bij, een klein kantoortje of een kantine bij de productielocatie wel.
  • Kantoren of winkels
    Het gaat om aangebouwde opslagruimten of magazijnen van maximaal 2 verdiepingen.
  • Fiets- en voetgangersbruggen die tot 20 meter over wegen, spoor of water gaan
    Loopt de brug over een provinciale weg of een rijksweg, dan valt deze niet in gevolgklasse 1.
  • Overige bouwwerken die geen gebouw zijn
    Denk aan zendmasten, keermuren en kleine windmolens, mits deze niet hoger zijn dan 20 meter, niet waterkerend en bovengronds gebouwd. 

De volgende bouwwerken vallen niet onder de Wkb:

  • Rijksmonumenten, provinciale monumenten en gemeentelijke monumenten
  • Als er een milieuvergunning of vergunning/melding brandveilig gebruik nodig is
  • Als er gebruik wordt gemaakt vaneen gelijkwaardige oplossing voor brand- of constructieve veiligheid, inclusief toepassing NEN 6060 en 6079

Voor overige bouwplannen, die onder gevolgklasse 2 en 3 vallen, verandert er nog niets. Voor deze bouwwerken moet u voor het technisch bouwen een aanvraag voor een omgevingsvergunning indienen.
De gemeente blijft de bouwtechnische toets nog zelf uitvoeren. U hoeft geen kwaliteitsborger in te huren.

Onder gevolgklasse 2 en 3 vallen bijvoorbeeld:

  • De bouw van appartementen
  • Scholen
  • Winkelcentra
  • Stationsgebouwen
  • Fabrieken

De kwaliteitsborger is een onafhankelijke partij die de kwaliteit van een bouwwerk controleert. De kwaliteitsborger controleert vóór en tijdens de bouw of het bouwplan voldoet aan de bouwtechnische voorschriften. De voorschriften gaan bijvoorbeeld over de fundering, brandveiligheid en energieverbruik.

Wie gaat bouwen onder de gevolgklasse 1 moet zelf een kwaliteitsborger inhuren. 

De kwaliteitsborger controleert zoals gezegd of het bouwplan en of de uitvoering daarvan voldoet aan de regels. De kwaliteitsborger levert in dit traject 3 producten:

  1. Een risicobeoordeling die de kwaliteitsborger gebruikt voor het borgingsplan. Uit de risicobeoordeling moet volgen welke risico's er zijn dat het uiteindelijke bouwwerk niet aan de bouwtechnische regels voldoet.
  2. Een borgingsplan waarin staat welke maatregelen nodig zijn om de risico's in de risicobeoordeling te voorkomen of te beperken en of het ontwerp van het bouwplan en de uitvoering van de bouwwerkzaamheden voldoen aan de bouwtechnische voorschriften. 
  3. Een verklaring waarin staat dat het bouwwerk voldoet aan de bouwtechnische voorschriften.

De gemeente blijft wel betrokken. U moet namelijk een bouwmelding en een gereedmelding indienen bij de gemeente. Ook blijft de gemeente bevoegd gezag. De gemeente kan dus toezicht houden en handhaven als dat nodig is.

Voor het nieuw bouwen in gevolgklasse 1 gelden vanaf 1 januari 2024 de volgende stappen:

Stappenplan - Bouwen in gevolgklasse 1

Stap 1: Omgevingsvergunning ruimtelijk bouwen

Controleer of u een omgevingsvergunning voor ruimtelijk bouwen (omgevingsplanactiviteit) nodig hebt. Dat kunt u doen via het digitale Omgevingsloket.
Als u een vergunning nodig heeft kunt u deze daar ook aanvragen.
De gemeente controleert of de aanvraag voldoet aan de regels uit het Omgevingsplan.
De gemeente beslist binnen 8 weken op de aanvraag. 

Stap 2: Vooroverleg (niet verplicht)

Wilt u uw bouwplan eerst met de gemeente bespreken? Dan kunt u een verzoek tot vooroverleg indienen. U kunt uw plan dan eerst door de gemeente laten controleren.

Stap 3: Kwaliteitsborger inhuren

Uit de vergunningencheck blijkt dat uw bouwwerk valt onder gevolgklasse 1. Dan moet u, naast een omgevingsvergunning ruimtelijk bouwen, ook een melding  doen. U huurt zelf een kwaliteitsborger in. In het register voor kwaliteitsborgers kunt u een kwaliteitsborger zoeken. Laat alle zoekvelden leeg, dan geeft de zoekmodule alle resultaten weer.

Stap 4: Bouwmelding indienen

Minimaal 4 weken voor de start van de bouwactiviteiten dient u via het digitale Omgevingsloket een bouwmelding in.
Hierbij levert u een risicobeoordeling en borgingsplan in. Ook geeft u aan wie uw kwaliteitsborger is. Lever alle informatie aan waar om gevraagd wordt.

U mag niet beginnen met bouwen voordat u een complete melding hebt ingediend én de gemeente deze heeft geaccepteerd.
Ontbreekt er informatie? Dan moet u een nieuwe melding indienen.

Vier weken na het indienen van de melding, mag u met de bouw beginnen. Als de bouw niet binnen 1 jaar is gestart, vervalt de melding.

Stap 5: Start bouwwerkzaamheden

Minimaal 2 dagen voor de start van de bouwactiviteiten geeft u via het digitale Omgevingsloket de startdatum van de bouw door.

Stap 6: Controle door kwaliteitsborger

Tijdens de bouw controleert de kwaliteitsborger de kwaliteit van het bouwwerk en of er aan de inhoud van het borgingsplan wordt voldaan.

Stap 7: Controle door gemeente

De gemeente kan tijdens de bouw controles uitvoeren en waar nodig handhaven.

Stap 8: Gereedmelding

Minimaal 2 weken voor u het gebouw gaat gebruiken levert u de gereedmelding en de verklaring van de kwaliteitsborger in. Dit doet u via het digitale Omgevingsloket. Ook levert u allerlei gegevens aan over het bouwwerk (het ‘dossier bevoegd gezag’). Hiermee geeft u aan dat de bouwwerkzaamheden zijn afgerond en het gebouw klaar is om te gebruiken. 

Stap 9: Gebouw gebruiken

Binnen 2 weken hoort u of de gemeente akkoord is met de gereedmelding en de verklaring van de kwaliteitsborger. Bij akkoord mag u het bouwwerk in gebruik nemen.

Stap 10: Einde van de bouw

Eén dag na het stoppen van de bouw, geeft u dit door via het digitale Omgevingsloket.

Onder de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) mag een gemeente bijzondere lokale omstandigheden vaststellen.

Gemeente Dijk en Waard heeft hieronder lokale omstandigheden benoemd die mogelijk een rol kunnen spelen bij uw project.
Bij het bouwen onder kwaliteitsborging worden deze bijzondere lokale omstandigheden of risico’s meegenomen als uitgangspunt voor de risicobeoordeling en het borgingsplan.

Bijzondere lokale omstandigheden gemeente Dijk en Waard:

Bodemgesteldheid/ fundatie:

  • Ander type fundatie dan de omgeving en/of belending (bijv. Toepassen paalfundatie i.p.v. een fundatie op staal of visa versa).
  • Dieper of hoger aanlegniveau fundering t.o.v. belending(en) (bijv. ander inheiniveau bij paalfundatie of invloed ontgraven van grond).
  • Resten van oude funderingen of andere materialen in de bodem die mogelijk van invloed zijn op de nieuwe fundering.
  • Bouwen in of nabij een waterkering (oa. dijklichaam, damwand, grondkering etc.)

Andere lokale omstandigheden:

  • Specifieke uitwendige belastingen (bijv. explosiegevaar) op een bouwwerk door naastgelegen activiteiten of transportroutes.
  • Hoger of lager bouwen naast belending, waardoor sneeuwophoping op het nieuwe of bestaande bouwwerk kan plaatsvinden.
  • Hogere windbelasting op een bouwwerk als gevolg van bouwwerken (bijvoorbeeld bouwen onder hoogbouw) in de omgeving.
  • Borgen stabiliteit bouwblok (bijv. aanpassing stabiliteitswand welke stabiliserend is voor belendingen).
  • Controleren samenhang. Kijken naar een bouwwerk als totaal, dus bij een verbouw kijken naar de invloed van de verbouwing op het totaal.
    Bijv. totale stabiliteitscontrole, controle bestaande constructieonderdelen, controle belastingstoename op bestaand etc.

Let op, de lijst is niet uitputtend. Uit vooroverleg en/of vergunningsplicht (omgevingsplanactiviteit) kunnen aanvullende omstandigheden aangegeven worden. 

Meer informatie over de nieuwe wetten

Meer informatie over de nieuwe wetten en de dan geldende vergunningsplicht, de gevolgklassen, de bouwmelding en kwaliteitsborgers. Kijk dan hier.