Uw omgeving betrekken bij uw plannen

Wilt u uw woning uitbouwen, een uitrit aanleggen, een boom kappen of een festival organiseren? Of misschien heeft u een mooi initiatief voor uw buurt? Het is in alle gevallen goed om tijdig met de buren in gesprek te gaan over uw plan. Misschien hebben zij zorgen over uitzicht, geluid of iets anders en kunt u deze zorgen samen omzetten in creatieve oplossingen of een beter plan. Op die manier voorkomt u misschien bezwaren achteraf.

Wat is participatie?

Als u een vergunning aanvraagt, moet u aangeven of u uw buren en bewoners, bedrijven of organisaties in de omgeving bij uw plannen heeft betrokken. Ook moet u aangeven hoe u dat heeft gedaan en wat de uitkomst is. Dit heet participatie.

Participatie kan groot of klein zijn. Dit is afhankelijk van uw plan.

Wat moet ik doen?

De voorbereiding

Bedenk voor wie uw plan iets gaat veranderen of betekenen. Wat kunnen de gevolgen voor uw buren of andere belanghebbenden zijn? Op welke onderdelen van uw plan willen anderen misschien reageren? Deze informatie gebruikt u in de Impactmeter.

De impactmeter

Hoe weet u of u veel of weinig aan participatie moet doen? De impactmeter helpt u om dit te bepalen. Bekijk de impactmeter onder het kopje De impactmeter.

De methode

Hoe organiseert u participatie? Bepaal welke methode het beste bij uw plan past. Dit staat beschreven onder het kopje De methode.

In gesprek gaan

Vertel wat uw plan is en waarom en wanneer u hiermee aan de slag wilt gaan. Pas uw plan aan waar wenselijk en mogelijk. Informeer uw buren en andere belanghebbenden over het vervolgproces.

Het verslag

Beschrijf in het verslag hoe de participatie is gegaan. Wie waren er aanwezig en hoe werd er op uw plan gereageerd? Heeft u uw plan aangepast? Onder het kopje Het verslag vindt u tips voor het verslag.

Vergunning aanvragen

Participatie vervangt niet de formele reactiemogelijkheden. Belanghebbenden kunnen altijd alsnog bezwaar (bij de gemeente) en/of beroep (bij de rechtbank) indienen.

Uw plan heeft impact (invloed, effect) op de omgeving. De impactmeter geeft u een inzicht in hoeveel impact uw plan heeft. Beantwoord de onderstaande 4 vragen met de volgende punten:

  • Nauwelijks: 1 punt
  • Weinig: 2 punten
  • Behoorlijk: 3 punten
  • Veel: 4 punten
  • Zeer veel: 5 punten

Vragen

Vraag 1. Lusten

Heeft het plan een positieve invloed op de samenleving? Wordt er maatschappelijke waarde (belang voor de gemeenschap) gecreëerd?

Vraag 2. Aandacht

Is er aandacht voor het plan in de politiek, samenleving, pers of (sociale) media?

Vraag 3. Lasten

Veroorzaakt het plan negatieve gevolgen of hinder voor de samenleving? Of hinder tijdens de realisatie ervan? 

Vraag 4. Beïnvloedingsruimte

Kan een van de partijen in uw omgeving uw plan veranderen? Kunnen nieuwe inzichten uw plan beter maken?

Uitkomst

Tel het totaal bij elkaar op. Welk getal levert dat op? Lees de uitslag hieronder.

4 of 5 punten

Uitslag: er is weinig impact op de omgeving.
Advies: informeer altijd uw buren (links, rechts, voor en achter) over uw plannen. Onderzoek eventuele zorgen. Bekijk of deze weggenomen kunnen worden.

6 t/m 13 punten

Uitslag: er is impact op de omgeving.
Advies: laat omwonenden en andere belanghebbenden meepraten. Weeg de belangen mee.

13 t/m 20 punten

Advies: Neem contact op met het omgevingsloketvan de gemeente. Uw plan moet waarschijnlijk eerst besproken worden op de Intaketafel (zie onder).

Laat omwonenden en andere belanghebbenden meedenken. Neem ideeën van betrokkenen mee in het ontwerp.

De Intaketafel

Heeft u plannen met veel impact? Start dan eerst een gesprek met de gemeente:

  • De gemeente brengt uw plan naar de Intaketafel. Het Intaketeam vergadert regelmatig en bespreekt de grote initiatieven die zijn binnengekomen.
  • Het hoofddoel van de Intaketafel is te bepalen of het initiatief wenselijk is. Dat wil zeggen: past het initiatief bij de omgevingsvisie van de gemeente en is het kansrijk om verder te ontwikkelen? Verbetert uw plan de leefomgeving van onze gemeente, het woonplezier van onze inwoners en/of het werkklimaat van onze ondernemers?
  • Na bespreking weet u vroeg in het proces of het plan wenselijk is, of en waar er aanpassingen gewenst zijn. Is het antwoord 'ja, wenselijk'? Dan kan de gemeente u helpen met participatie. Bijvoorbeeld met het in beeld brengen van alle belanghebbenden.

Hoe zorgt u ervoor dat anderen uw initiatief kennen, ondersteunen en verbeteren?
Bepaal welke methode van participeren het beste bij uw plan past. 

Welke ruimte biedt u uw buren, andere omwonenden, eventuele bedrijven of organisaties in de buurt om invloed uit te oefenen op uw plan? En op welke manier zou u aan eventuele bezwaren (geluidsoverlast, ander uitzicht, minder privacy, meer schaduw, enzovoort) tegemoet kunnen komen?
Op welke manier nodigt u mensen uit om met ze in gesprek te gaan over uw plan? Belt u bijvoorbeeld even bij ze aan of doet u een brief door de bus, waarin u uw plan alvast toelicht? Spreek bij voorkeur af op de locatie waar uw plan straks wordt uitgevoerd, zodat u ter plekke uw ideeën kunt toelichten.

Optelsom impactmeter: 4 of 5

Meestal is het voldoende als u de buren (links, rechts, voor en achter) informeert. En daarnaast vragen beantwoordt en zoveel mogelijk zorgen wegneemt over bijvoorbeeld privacy, groen en bouwoverlast.

Bijvoorbeeld een gesprek, e-mail, groepsapp of inloopmoment.

Optelsom impactmeter: 6 t/m 13

Naast het informeren kunt u omwonenden en andere belanghebbenden vanuit hun rol mee laten praten over uw plan. Probeer daarbij te kijken waar u uw plan kan aanpassen zodat het beter aansluit bij de wensen die er leven en de aandachtspunten die er zijn.

Bijvoorbeeld: langsgaan bij buurtbewoners, een informatieavond of een (online) enquête.

Optelsom impactmeter: 13 t/m 20

Uw voorstel heeft veel impact op uw omgeving. Dan is participatie extra belangrijk. Zorg dat u weet wat er speelt en leeft bij betrokkenen. Laat omwonenden en andere belanghebbenden niet alleen zien wat de meerwaarde is voor de straat, wijk of leefomgeving, maar laat hen ook meedenken over uw plan. Laat alternatieven zien, of inventariseer de ideeën die er zijn. Kijk goed of u uw plan beter kan maken met de inbreng van de betrokkenen belanghebbenden.

Geef betrokkenen inzicht in: 

  • regelgeving;
  • eerdere besluitvorming;
  • budget

Licht toe over welke onderwerpen de betrokkenen wel kunnen meepraten en over de speelruimte die er is.

In Dijk en Waard zetten we in op samenwerking. Als basis gaan we daarbij uit van gelijkwaardigheid en vertrouwen. Bij plannen willen we weten wat er speelt, toegankelijk en benaderbaar zijn . 

U beschrijft in het verslag tussentijds en/of achteraf hoe de samenwerking is gegaan. Dit helpt u om het proces te monitoren en om anderen te laten zien wat u bent tegengekomen, wat er goed en wat er minder goed is gegaan. 

Ideeën om in het verslag te verwerken:

  • Doel: met welk doel is er samengewerkt. Is dit doel bereikt? Waarom wel/niet? Waar is bijgestuurd?
  • Presentielijst: houd presentielijsten bij.
  • Hoe: in welke vorm is er samengewerkt? Bijeenkomst, langs deuren, brieven, etc.
  • Het gesprek: welke belangen en perspectieven hebben deelnemers ingebracht? Was er sprake van tegengestelde belangen of juist veel overeenstemming? Waarover bestaat nog verschil van inzicht na het gesprek?
  • Resultaten: geef aan wat u gedaan hebt met de resultaten van de participatie. Heeft de inbreng van participanten bijvoorbeeld geleid tot aanpassing van het plan en op welke manier? Maak goed inzichtelijk wat u wel en niet hebt kunnen doen en wat daarbij de overwegingen zijn geweest.
  • Communicatie: hoe is vooraf, tijdens en achteraf gecommuniceerd over (de uitkomst van) het proces?
  • Draagvlak: geef aan welke onderdelen van het plan of welke alternatieven van een plan kunnen rekenen op draagvlak en waarvoor minder of geen draagvlak is.
  • Overzicht: maak een overzicht van de participatiestappen die u heeft gezet en wat de (tussentijdse) resultaten zijn, deel deze gedurende het hele proces ook met omwonenden en andere belanghebbenden.

Meld in het verslag in ieder geval:

  • Wie u heeft betrokken.
  • Hoe heeft u hen betrokken.
  • De uitkomsten van het gesprek/de gesprekken.
  • Hoe u deze uitkomsten verwerkt heeft in uw plan.

Aan de slag!

Eenmaal in het bezit van uw vergunning wilt u uw plan natuurlijk uitvoeren. Zorg dat u ook in deze fase in gesprek blijft met uw buren en omgeving. Informeer hen over de bouwwerkzaamheden en de planning, zodat zij goed geïnformeerd blijven.

Heeft u hulp nodig?

U kunt altijd contact opnemen met uw contactpersoon van de gemeente.